Door: | geplaatst op: | categorie:

Onlangs formuleerde Mariecke van den Berg, hoogleraar feminisme en christendom, in het dagblad Trouw de wens dat we over niet al te lange tijd de Christelijke Week van de Transliefde vieren. Júíst christenen horen trans personen te accepteren, stelt Van den Berg, en reageert in haar opiniestuk concreet op een actuele tekst van het Vaticaan die de gendertheorie van het transactivisme in scherpe bewoordingen kritiseert. In deze tekst spelen scheppingstheologische argumenten een centrale rol. Niet toevallig is Genesis 1:27 het eerste bijbelvers dat in Diginitas Infinita geciteerd wordt: “God schiep de mens als zijn evenbeeld, als evenbeeld van God schiep Hij hem, mannelijk en vrouwelijk schiep Hij de mensen.”

“Het gegeven dat we geschapen en gewild zijn door God is inderdaad een fundamentele christelijke waarde”, stelt Van den Berg, “maar (het) is niet bedoeld om ons op te sluiten in genderrollen.

Dat is een heel merkwaardig argument, aangezien de bijbeltekst helemaal niet over genderrollen spreekt, maar over twee verschillende lichamen. Deze twee lichamen zijn nodig om de menselijke voortplanting te waarborgen (één van de wenige punten waarop de bijbelse scheppingstheologie met natuurwetenschappen compatibel is!) - en daarmee het ontstaan van het volk Israel. Dit is het hoogtepunt van het eerste bijbelboek Genesis waar alles op uitloopt. “Wees vruchtbaar en word talrijk“, klinkt het dan ook in het vers dat direkt volgt op de schepping van man en vrouw.

Het lijkt erop dat Van den Berg zoals heel vaak gebeurt geslacht en gender door elkaar haalt. Een lichaam is geen rol waarin je opgesloten kunt zijn. Een lichaam is een materieel gegeven waar ieder mens op gelijke wijze mee te maken heeft. Christenen geloven dat mensen hun lichaam van God de Schepper ontvangen hebben. Hierin ligt een begrenzing (mijn lichaam is zo en niet anders), maar ook een grote vrijheid: Hoe ik mij tot mij lichaam verhoud, bepaal ik zelf. Of ik wil leven volgens rollen die in een bepaalde tijd op een bepaalde plaats met een mannelijk of vrouwelijk lichaam verbonden worden, of dat ik mijn leven heel anders invul, dat is mijn beslissing. Niemand ontkent dat er in het patriarchale boek dat de bijbel ook is, sporen van beknellende geslachtsrollen te vinden zijn, maar in de fundamentele tekst die aan alles vooraf gaat – de schepping van een mannelijk en vrouwelijk wezen – worden er aan de verschillende lichamen géén eigen rollen toegewezen.

Christelijke gendercritici die zich beroepen op Gen 1:27-28 sluiten mensen niet op in genderrollen, maar wijzen erop dat materialiteit een heel elementaire dimensie van de menselijke existentie is. Materialiteit is een uitdaging. Zij kan ook knellen. Mensen kunnen ontevreden zijn met de concrete, vaak onveranderlijke omstandigheden van hun bestaan. Mensen kunnen ook heel ongelukkig zijn over hun lichaam, ja, ook over hun geslacht. Ik acht het de opdracht van alle christenen deze mensen in hun worstelingen bij te staan op de moeilijke weg van zelf-acceptatie. Júíst christenen kunnen mensen helpen zichzelf te accepteren met alles erop en eraan, omdat zij weet hebben van de inherente vrijheid van het scheppingsverhaal. Dat we over niet al te lange tijd de Christelijke Week van de Vrijheid vieren – dat is mijn wens.

Dr. Jantine Nierop
Predikant
Verbonden aan de universiteit van Heidelberg

deel dit item op social media
email je reactie of print dit item

memoma is een blog van dr. Gerrie Strik waarin zij de ontwikkelingen in feminisme, trans, gender, genderkritisch feminisme, genderideologie, vrouwenrechten en genderidentiteit bespreekt.